P.A.N. 

Partizanen Actie Nederland actief met de bevrijding van Eindhoven

Partizanen Actie Nederland
na 17 september 1944

De onderstaande verhalen, successen en drama's zijn deels gebaseerd op het niet gepubliceerde manuscript  "Zooals het was. Verzet en bevrijding rond Eindhoven. P.A.N." 
In 1944 schreef men de P.A.N. Partisanen met een S. We houden hier de nieuwe spelling aan met een Z.
We behandelen in dit hoofdstuk de P.A.N. in Eindhoven en waar Eindhovense P.A.N leden bij betrokken zijn.
Kies hier voor de omgeving van Eindhoven.
Kies hier voor de periode voor de bevrijding

PAN armband

In de nacht van 17 op 18 september 1944 wordt openlijk de strijd aangegaan: Duitsers worden gevangen genomen, N.S.B.-ers opgepakt, materieel buitgemaakt, kabels over straten gespannen en de geallieerden worden ondersteund. 

Op 23 september wordt de P.A.N. opgeheven en vormt een deel van de partizanen de 1e Compagnie Stoottroepen. Vanaf 24 september mag men de "herkenbare" blauwe overall niet meer dragen.

Ongevaarlijk was het niet. Twaalf leden van de P.A.N. verliezen hun leven bij de strijd in en om Eindhoven.

P.A.N. W26 

Wat er aan 18 september 1944 vooraf ging op Willemstraat 26. 

Uit het dagboek van een verzetsstrijder:  "Het is hopeloos in deze chaos wat orde te krijgen. W1 is te klein geworden en we zijn verhuisd naar W26 [een pand in de Willemstraat], waar gelukkig nog een telefoon is, die werkt. Hier ontmoeten elkaar: Sander, Jacques, Frits, Wim, Jan, Eddy, Dré en James, iemand die Paulus vervangt, ik weet niet hoe hij heet. Paulus [dr. J.F.H. (Jan) Custers] is ondergedoken, en nog enkele anderen proberen zo goed en zo kwaad als het gaat een plan van actie voor te bereiden. Vooral Sander, Eddy en James met hun mensen brengen wapens binnen. Vandaag nog een handkar vol, die achterom gereden werd. We weten soms niet wat we doen. Eddy kwam, hij belde aan en toen de deur open ging zagen we, dat ie zo rond als een ton was. Hij sloeg zijn regenjas open en zijn buik hing vol handgranaten.... Maar 't is een druppel op een gloeiende plaat. Als we maar wapens krijgen. Maar er wordt niets gedropt. Ze zeggen, .... och, ze zeggen zoveel." Maandag 11 september riep de politie om half zes om: dat de straten binnen een half uur ontruimd zouden moeten zijn .... iedereen begon te hollen.... op de Wal stelden zich Duitse patrouilles verdekt op .... motoren en legerauto's jakkerden voorbij.... Er gebeurde niets. Later bleek dat een paar uur tevoren een paar Engelse verkenningswagens dwars door de vijandelijke stellingen waren gestormd en tot bij Valkenswaard waren gekomen. Na een gesprek met wat burgers, waren de Engelsen op dezelfde manier teruggegaan naar hun stellingen aan het Maas-Scheldekanaal, kort over de grens, in België.


Uit het dagboek van een verzetsstrijder: "Vanmiddag laat hebben we uit de kelders van het klooster Mariënhage alle Duitse munitie weggehaald. Kees, de marechaussee, had de leiding: hij was er het eerst. Wij kwamen later met broodkarren van de Etos. Bakfietsen op houten wielen, die in de lege, stille stad een hels lawaai maakten. En we moesten nog wel over de Vestdijk langs de garage van de Wehrmacht. Enkele paters liepen op de uitkijk te brevieren. We zijn niet gestoord en hebben een massa munitie naar een garage op het Hertog Hendrik van Brabantplein gebracht. Op W26 moeten we weg; de mensen praten over ons; de Willemstraat zit vol illegale actie; bij de tandarts de telefoonpost [ Dit is de telefoon van C. Th.A. M. Hoogenbosch, die in 1926 een tandartspraktijk is begonnen op Willemstraat 29 Eindhoven. Cor Hoogenbosch is de laatste maanden voor de bevrijding steeds afwezig (verzetswerk?) en pas op 23 oktober 1944 opent hij zijn praktijk weer], verderop de inlichtingendienst. We hebben nu de zaak verdeeld over de Tuinstraat en het Witte Dorp. Het contact is nu veel slechter. Vanavond moest hals over kop de munitie uit het klooster weer uit die garage weg, net voor de neus van een stel landwachters, maar 't is Eddy gelukt. Vannacht hebben we gegevens gekregen uit de rayons over de bewapening: we hebben als gekken zitten tellen, net of het daardoor meer werd.... Iemand van de O.D. (orde dienst) heeft ons assistentie gevraagd bij een wapendropping, die radio Oranje heeft aangekondigd. Ze hebben de hele nacht buiten gelegen, wel een vliegtuig gehoord, maar er is niets gedropt. 't Is wanhopig, dat ze ons zo in de steek laten." 

"Bij een poging om wapens buit te maken op alleen lopende Duitsers zijn in Woensel - vandaag 12 september - twee van onze mannen gedood, Frans Linders en Henk Streefkerk. Ik kende ze niet."

Een dag later: "De groep Eddy heeft op de Parklaan de Grüne (Polizei) overvallen. Er is een vuurgevecht geweest, maar onze mensen liepen in het pikdonker elkaar voor de voeten: ik geloof dat ze een karabijn hebben buitgemaakt en.... één geweer, dat al van ons was. Maar 't is tenminste iets. Beter is, dat ze in enkele rayons al Duitsers te pakken hebben. De meesten laten zich graag vangen om van alles af te zijn. Maar waar blijf je zolang met illegale krijgsgevangenen? Kees is naar het Zuiden, hij moet contact maken met de Engelsen, die bij het Albertkanaal zitten. Zou 't lukken? In het Binnenziekenhuis zijn we met een paar man bij Peter (Jan Borghouts, "Peter Zuid") en Tonny geweest, die daar met wat andere mannen en vrouwen plotseling hun hoofdkwartier blijken te hebben voor het Zuiden. Ze weten veel meer dan wij en hebben meer en betere contacten en doen dus wat uit de hoogte. Maar Frits, die graag samenwerkt, houdt met hun orders terdege rekening. 't Wordt er alleen maar moeilijker op. En sommigen van ons voelen zich met deze complicatie helemaal niet lekker. Ik heb bewondering voor de koeriersters, die bergen werk verzetten."

Partizanen voeren verkenningen uit en rapporteren hun bevindingen:

Omgeving Eikenburg:


Een verkenning P.A.N, de tekening van T.W. schaal 1:10.000 (1 cm = 100 meter) gemaakt op 15 september 1944. Het geschut (88 mm FLAK) dat de Engelsen uit Valkenswaard tegenhield bij het verlaten van Aalst, is goed in kaart gebracht. De kanonnen staan opgesteld achter de Tongelreep in de buurt van de villa "Huize 'Voorbeek", van Smits van Oyen. Zowel lichte als zware mitrailleurs zijn ingetekend.

Verkenningen die doorgegeven worden aan de Engelsen

Aan de bosrand van het bos rondom Eikenburg wordt aan de Zuid- en Oostzijde nog gegraven, waarschijnlijk voor mitrailleursnesten e.d. Er staan tentjes opgesteld voor 10-15 man. Aan de Oostzijde van de weg die er aan de Oostzijde langs loopt staat nu, op de hoogte van het mausoleum, een stuk geschut opgesteld (kaliber ca. 8 cm.) dat gericht is in O.Z.O. richting en de vlakte bestrijkt. Nauwkeurig bekijken werd niet toegestaan. 

Langs de weg ten Zuiden van het bos staan in het weiland nu twee stukken licht geschut (kaliber ca. 2 cm) naar het Z.Z.W. gericht. Het stuk dat gisteren op de N.O. hoek stond werd weggenomen en vervangen door een kuil voor een pantserwagen of iets dergelijks, rijrichting Z. De mitrailleurposten langs het pad naar boerderij iets zuidelijker waren hoogstwaarschijnlijk verdwenen. De mitrailleur op de vrachtauto in het maisveld was nog aanwezig. 


Mitrailleurpost van de Duitse bezetter
P.A.N. leden voerden overal verkennigen uit om de positie van Duitsers in kaart te brengen.
Gevaarlijk werk

Aan de Westzijde van de Aalsterweg:

In het weiland waren de gisteren waargenomen mitrailleurposten nog aanwezig en misschien nog uitgebreid. Nieuwe posten waren aangelegd ten Westen en ten N.W. hiervan en werden nog aangelegd op de gronden ten W. van de Tongelreep op de hoogte van het sportpark. Op het sportpark zelf werd een vrij zwaar stuk geschut weggereden en is waarschijnlijk niet veel meer aanwezig. Een licht stuk geschut stond opgesteld in een aardappelveld wat zuidelijker, zie kaart. Langs het weggetje ten W. van de Tongelreep, waaraan de kwekerij ligt waren vanmorgen vroeg, drie stukken geschut opgesteld (kaliber ca. 9 cm.) die vanmiddag allemaal waren weggehaald om naar, zoals de boeren vertelden, het zuiden vervoerd te worden, want de geallieerden waren 15 km. teruggeslagen. 

Algemene opmerkingen over Aalst:

Het dorp Aalst heeft vannacht en vandaag enkele salvo’s granaten ontvangen die reeds 6 doden hebben veroorzaakt en veel materiële schade doen ontstaan. De pastorie en een groep huizen 200 m. ten N.N.W. en 400 m. ten Z.O. hiervan zijn getroffen. 

De Engelse Typhoon vliegtuigen  vernietigen een Duitse Flak in de buurt bij Aalst op 17 september 1944.

Verkenning Eindhoven-Aalst-Valkenswaard op 17 en 18 september.

Het is in de nacht van de 17e op de 18e september 1944, ongeveer 12 uur word ik gewekt door een bel. Ik vloek eens flink. Nooit heb je rust, juist een vermoeiende dag achter de rug en dan wordt je weer gewekt uit je eerste slaap. Het is verkenning hier en verkenning daar. Dag en nacht gaat het door. Ik kijk door het raam. Ja? "Wim, opdracht Gerard, spoed". Dat is alles. 

Sluipende voetstappen verdwijnen weer om de hoek. Het is immers "Sperrzeit!". 

De Moffen zijn zenuwachtig, schieten eerst, vragen daarna. Ik steek een sigaret aan en kleed me onder diverse vloeken. 

Mijn moeder komt op mijn kamer en vraagt met schrik wat er aan de hand is. "Oh, ‘t is een van onze controleurs, ik heb dienst vannacht". Arme moeder. Wist ze niets? Steeds schoof ik alles op de C.C.D. Altijd was 't "Dienst". Ze doet echter de laatste maanden zo vreemd en iedere keer waarschuwt ze me met "Wees voorzichtig Theo!" Och Moederlief, het is voor het Vaderland!

Het is voor acht miljoen mensen. Wat ben ik alleen. Steeds weer is het hetzelfde. 

Het zijn de zenuwachtige ogenblikken voor de actie. Je denkt aan thuis, aan je moeder, je vrouw of je meisje! Aan het gevaar wordt niet gedacht. Wat is gevaar?

We zijn er reeds zo lang aan gewoon, we lachen er om, 't deert ons niet. We kunnen vallen, doch dat konden we gisteren ook, en eergisteren en maanden terug! 

Waarom zouden we ons zorgen maken! Maar moeder..... Gedachten flitsen me door het hoofd, herinneringen aan gelukkige dagen en aan de toekomst. De Toekomst! Wat zal het ons brengen? Morgen is het bevrijding, ik weet het, doch wat is de order voor vannacht? Voor dat ik het weet, loop ik in het duister. Twee handen in de zakken van mijn donkere gabardine (regenjas). Links een scherpe lantaarn, rechts mijn pistool. Mijn pistool! Het is mijn trouwste kameraad, mijn meisje, mijn troetelkind. Ik voel te sterk ermee. Ik kan er legers mee verslaan. Laat moeilijkheden nu maar komen. Mijn slaap is weg, ik voel me weer opgewekt. 

Er is weer actie voor de boeg. Enkele minuten lopen en ik ben bij Gerard voor de deur 't Signaaltje op de bel wordt gegeven en in twee seconden sta ik in een schemer verlichte kamer. Ik zie Gerard in pyjama en Wim. Wim zit te eten. Heeft natuurlijk weer honger, zoals altijd. De opdracht verkenning is kort zoals gewoonlijk.

Laatste verkenning van Duitse verdedigingswerker bij de Belgische grens. Indien mogelijk contact maken met Britse troepen. 

Oh, de opdrachten zijn kort maar bondig. Ze zijn heel eenvoudig!, ze kunnen evengoed zeggen: "Hier, neem een sigaret!" Dat is ook kort. De Intelligence Officers hebben snel genoeg een bevel in elkaar gedraaid en zolang de resultaten op tijd en uur kunnen zijn, is het goed. De uitvoering van het eerste bevel is echter vaak dodelijk. Geen zorgen voor nu echter. Ik kijk mijn papieren even na. Het is gemakkelijk als je van de "Criminal Polizei" bent, zolang de Moffen de valsheid van de papieren niet zien. Ondertussen is Wim zijn maag gevuld en gaan we op stap. "Good Luck", klinkt het ons na. De stad slaapt en het is doodstil. We sluipen langs de donkere straten. Langs een kerkhof gaat het. Plotseling klinken er voetstappen voor ons. Ze komen in onze richting. Binnen een ogenblik zitten we tussen de graven in. De stappen zwellen, nu zijn ze op onze hoogte. Tegen de hemel steken twee soldaten af met de beruchte petten van de "Grüne Polizei". 

Ze mompelen samen, doch alles wat we verstonden was dat iets een "Verdamte Schweinerei" was. Onwillekeurig moet ik lachen. Er zal vandaag nog wel meer Schweinerei komen, wees maar niet bang. De stappen sterven weg en we gaan weer verder.

'n Goed ding dat je de weg zo goed kent. Heezerweg en in de richting van het Leender fietspad, Edelweisstraat, Stroobloemstraat, "Frans zal wel op een oor liggen". Gek de gewoonste gedachten komen steeds bij op. Zo zijn we op het zachte zand en tussen de bomen. Plotseling klinken voor ons bevelen. Zijn we ontdekt? Mijn hand klemt zich om mijn pistool. Het blijft echter rustig. Dan plotseling het starten van een auto. Moffen! Kom op. Wacht even! Ik wil eerst zien wat er aan de hand is. Iemand voor ons steekt een sigaret aan. Het lijkt wel een schijnwerper in de duisternis. Overal staan Moffen verspreid. Ze fluisteren zenuwachtig. De wagen rijdt weg. De infanterie blijft achter, en de rust keert weer. We maken een omweg en we nemen een ander pad. 

Het begint reeds te grauwen aan de oostelijke hemel. Plotseling doemt voor ons een schilwacht op. Wim wil wegduiken. Ik houd hem tegen en we lopen zo onschuldig mogelijk verder. We zijn toch immers slechts onschuldige leden van de "Polizei". 

"Gute Morgen", "Morgen", mompelen we terug. Verder wordt er niets gezegd, en ongestoord passeren we. In een boog gaat het langs- en door de verdedigingswerken bij Aalst. Het routine werk begint. Dat stuk is weg, daar is er een bijgekomen. Die mitrailleurspost is kapot. Daar is een nieuwe gebouwd. Daar zitten manschappen van de Deutsche Arbeitsdienst. Daar zitten die oude kerels nog bij het geschut. De sufferds. Een paar dagen geleden hebben we samen nog staan kletsen over 't weer, enz. Het had me wel een paar sigaretten gekost, doch we wisten toen wat we weten wilden. Verder gaat het. Door Aalst in de richting van Valkenswaard. Rechts van de weg horen we een tank, die draait, en te voorschijn komt, en in stelling gaat. Verder gaat het weer. Weer een tank, een Mof zit er onverschillig op en kijkt in de richting van Valkenswaard. Zouden de Britse troepen al zo dichtbij zijn? Ook deze gaat in stelling, doch rijdt even daarna verder in de richting van Aalst. We luisteren, we horen het geweldige lawaai dat tussen de huizen gemaakt wordt. Een goed ding dat die dingen zoveel lawaai maken. Nu gaat hij over het brugje en verder, dan het knarsen van de rupsbanden. Hij draait. De motor ploft enkele malen en het is weer stil. Die is dus juist weer over de brug in stelling gegaan. Verder gaat het.



Flak, afkorting van Flugabwehrkanone, ook Fliegerabwehrkanone, was de benaming voor het Duitse luchtafweergeschut tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Foto is afgedrukt bij drogist Kruispunt van Jacques Hermans, staflid P.A.N. die hiervan een kopie maakte voor het verzetswerk.

We krijgen plezier in het geval. Verder, steeds verder. Halfweg Valkenswaard horen we verder links in het bos het geluid van een aanslaande motor. Een wagen? vraagt Wim. Dat is een tank. Er op af. De motor slaat weer af en we gaan op goed geluk weer verder. Het bos wordt dichter en we sluipen door de greppels verder. Ondertussen is het vijf uur geworden, en licht. Het gras is vochtig en we worden nat en vuil doch het gaat verder. Beng, beng. Muisstil liggen we. Juist achter die struiken start die motor weer aan. Nog geen tien meter van ons af. Nu loopt de motor regelmatig en daar gaat hij over een pad. Enkele bomen worden omgereden. Op een afstandje volgen we, goed verscholen tussen struiken. Terug naar de hoofdweg waar ook deze in stelling gaat. We blijven op ongeveer 100 meter links van de weg. Alles blijft rustig tot pfuuuuuut, een granaat over onze hoofden vliegt. Nog enkele volgen en enkele slaan dicht bij ons in. We moeten echter verder. Daar staat een wagen bij een huisje langs de weg. Laten we even kijken Wim. Ben je bedonderd! We gaan echter toch. Even verlies ik de voorzichtigheid uit het oog door een beetje te ver boven de greppel uit te kijken. Tattataratarata machinegeweernest in dat huis.! Het had echter niet veel gescheeld of ik had het niet verder kunnen vertellen. We weten echter weer wat meer. We banen ons een weg in een grote boog. Weer vliegen enkele granaten en slaan in. Verder! Verder! Ook van achter ons komen nu granaten. Het wordt wel wat warm. 

Het blijft nu echter ook hetzelfde of we nu voor of achteruit gaan, dus gaan we voorwaarts, waar ons doel moet liggen. Rond een groot ven trekken we, hier is het rustig en geen gevaar voor granaten meer te duchten. "Duik! Weg zijn we. Wat is dat daar recht op dat pad? Laten we maar eens gaan kijken! In een boog gaat het voorzichtig verder. Hier moeten we een pad oversteken. Nu opgelet! Wel verdraaid Theo. Zie je die Tanks? Ja, en met een witte ster erop, dat is wat we zoeken. We komen nu voorzichtig tevoorschijn, en lopen, hoewel nog voorzichtig in de richting van de tanks. Het kunnen immers ook buitgemaakte tanks zijn. Dan zien we het. De Khaki uniformen! "Verdraaid Theo het zijn Amerikanen". "Kan niet, 't moeten Engelsen zijn". "Kijk dan een ster op de tanks. Kom mee" Ik waarschuw hem nog om op te passen, doch hij loopt al op een drafje. De eerste soldaat die we zien draagt een eigenaardige helm. Helemaal geen Engelse. Bovendien heeft hij een Amerikaanse vlag op zijn rechtermouw. "Zie je nu wel, het zijn yanks!" roept hij opgetogen uit. Enkele soldaten richten waarschuwend hun geweren in onze richting. Dit kan ons nu echter niet weerhouden. We zijn vrij!!! Bijna vijf jaren gewacht en nu zijn we bij de geallieerden. "Are you Americans?" roept Wim. "No British" was het korte antwoord. We beginnen te vertellen, struikelend over onze woorden, vertellen dat het mooi weer is en dat we toch zo blij zijn dat weer vrij zijn. Ik herinner Wim echter aan het feit dat we niet voor ons plezier hier zijn en vraag met een doodnuchter gezicht naar de Commander in Chief en begrijp niet waarom die soldaten moeten lachen. Och, natuurlijk dat is ook fout. Wim komt te hulp en even spoedig hebben we de commandant gevonden. 

Een stafkaart wordt voor de dag gehaald. Posities worden veranderd en nieuwe stellingen worden opgegeven. Dan gaan we naar de Hoofdweg. Alle voorzichtigheid gedurende de jaren van gevaar zo eigen geworden is nu weg. Op de hoofdweg, open en bloot, staan we tegen een geweldige tank, de eerste uit een geweldige rij, de posities te bespreken. Intussen heeft de radiowagen druk werk. Bevelen worden gegeven en terwijl we nog staan te praten horen we een geweldige explosie. Wim duikelt in een sloot. Ik ben te overdonderd om wat te doen. De officier lacht en staat doodgemoedereerd een sigaret te roken. Het was de tank waar we tegenaan stonden die het vuur geopend had, op de eerste van de drie Duitse tanks die in stelling waren langs de weg. Door een verrekijker konden we het geval bekijken. De eerste granaat sloeg vlak voor de tank in, de tweede was raak. Zonder een ogenblik te wachten ratelen de mitrailleurs om eventueel ontkomen te verijdelen. 

We krijgen een sigaret en in een ogenblik draait het hele front me voor mijn ogen. Zoiets zijn we niet gewend. Wederom klinken bevelen. Een bepantserde wagen rijdt voorwaarts naar het huis met de mitrailleurspost erin. Het pleit is spoedig beslist als hij met al zijn vuurmonden begint te schieten. We leven als in een droom. Gek toch, vijf jaren bijna zaten we te wachten en nu zitten we er midden tussen in. Het is na wel werkelijkheid? Bevelen klinken, en dat is een andere taal dan tot nu toe altijd gewend waren en reeds zo lang gehoord hadden en zo gehaat hebben. Nu de eerste opwinding voorbij is en alle gegevens genoteerd praten we over alle mogelijke zaken tot dat er een klein wagentje tussen al die monstertanks door kwam en bij de officier stopt.

Veel konden we er echter niet van verstaan want we waren bij de Irish Guards terecht gekomen en de lui spraken nu niet direct het Engels wij op school hadden geleerd. 

Het duurde echter niet lang en voor dat we eigenlijk wisten wat er gaande was, zitten we in dat kleine wagentje. 

De officier vertelde ons dat het een "Jeep" was, wat we wel moesten geloven, want wij hadden ze nog nooit gezien. Hij had ons evengoed kunnen vertellen, dat het een rijdende peperkoek was . 

We rijden langs tanks heen, geen twee of drie maar wel honderden. We kijken onze ogen uit, dat is pas materiaal. Dan komen de vrachtwagens met munitie en infanterie alles wacht en loopt te roken. Van alle kanten worden ons sigaretten toegestoken en gegooid. We zien weer padvinders in uniformen, marechaussee 's in hun vooroorlogse uniformen. We stoppen bij een grote wagen. De Officier vraagt naar "General Dempsey". Ik kijk Wim aan en voel me niks op mijn gemak. Moeten wij met ons school-Engels met een generaal praten? Weer komen stafkaarten tevoorschijn. Weer wordt alles herhaald, stellingen, kanonnen, tanks, etc. etc. "Thank you boys, dat is mooi werk, jullie hebben zonder twijfel 't leven gered van velen van onze jongens! God Bless you". 

Dat was dank, konden we meer wensen? Dit was meer dan de grootste beloning. 

Weg waren zorgen. We lachen een beetje zenuwachtig. We hadden onze taak volbracht. V! Dan komt een andere wagen, we worden nu teruggebracht naar de voorste tanks. Nu op naar Eindhoven! Dat moet vrij ! ! Het gaat ons veel te langzaam. In Aalst wordt eerst gegeten, de brug hersteld en dan gaat de infanterie op stap. 

Waarom zo langzaam ? Snappen die kerels dan niet dat er een paar kilometers verder 120.000 mensen zitten te snakken naar hun? Oh, we moeten lang, erg lang geduld hebben, doch als we eindelijk in Eindhoven binnen rollen met veel geweld, was de vreugde ten top. Met geen pen zou ik kunnen beschrijven hoe de vreugde van de mensen was, zoals wij dat vanaf de tanks konden zien. We waren er. Eindhoven het doel van onze tocht.

Wim en ik, wij beiden, we hebben een klein steentje bij mogen dragen bij de bevrijding van onze dierbare stad Eindhoven! En dat zonder dat er gevochten was, zonder dat er een granaat op Eindhoven ontplofte. Eindhoven is vrij. We moeten echter nog verder. Nog veel meer werk moet er gedaan worden. Nog veel verkenningen moeten verricht worden om eindelijk straks tot een algehele bevrijding van ons geliefd Vaderland te kozen.


De markt van Valkenswaard, om 10:30 uur op 18 september 1944. 
Bijna is Eindhoven bereikt.


Verzamelen van wapens en beschermen van gebouwen

Plaatsen waar voorraden waren opgeslagen werden iedere dag en nacht verkend door speciale groepen, aan werken of fabriek of bureau werd niet gedacht, en als er dan een mogelijkheid was om door de strenge wachten heen te dringen, of wanneer zij er niet waren omdat zij hun posten verlieten, dan bleven onze mannen zolang tot zij genoeg materiaal verzameld hadden, werkten met man en nacht en waren pas tevreden als de buit veilig binnen was gebracht en de rayonscommandant bericht kon worden dat hij een kijkje kon komen nemen. Zo slaagde een groep erin onder commando van M. om een veilig openingetje te ontdekken aan de achterzijde van het vliegveld en 's avonds konden in het schuurtje van M. na een dag werken 30 kisten met handgranaten geteld worden, helemaal compleet, tien geweren en een paar mitrailleurs. Bewapend met handgranaten en hier en daar een geweer trok een deel er op uit om de voorraden aan te vullen, terwijl weer een ander deel aan hun opdrachten ging werken die bestonden voor een deel uit het beschermen en bewaken van vitale gebouwen.

Zo beschermden drie groepen het P.N.E.M. (Provinciale Noord-Brabantse Elektriciteits Maatschappij) gebouw, eerst heel voorzichtig, want de Duitsers maakten nog gebruik van de kazerne die op 3 km. afstand van het gebouw stond, op elke honderd meter afstand stonden nog steeds diverse groepen Duitsers die daar wachtten voor opdrachten om in de stad en omstreken hun vernietigingswerk door te voeren. In het gebouw werd op sluiperswijze de wacht betrokken en een voorpost stelde zich nog zelfs verdekt op om naderende onheil te alarmeren. Hier gebeurde het dat in het schemerdonker onze post spoorloos verdwenen was, hetwelk toch direct opgemerkt werd maar het was reeds te laat, onze man bevond zich in Duitse handen, het was een knap staaltje geweest, maar toch hadden zij zich in onze man vergist, hoewel hij niet waakzaam genoeg geweest was, zag hij toch kans van een Duitse nalatigheid gebruik te maken en te ontvluchten. Nadat alarm gemaakt was en de posten verdubbeld, zagen onze mensen door het kreupelhout een groep moffen aankomen, kennelijk met de bedoeling het toch al gehavend gebouw helemaal van zijn fundamenten te doen verdwijnen. Doch toen zij op enige afstand onze mitrailleurs en geweren opmerkten kozen zij de wijste weg en keerden terug langs de weg waarover zij gekomen waren. Vuren deden wij niet om onze juiste stellingen niet te verraden en niet in een dwangpositie te brengen of te raken. 

Alarmerend was een volgend bericht dat in een klooster door de moffen springladingen werden aangelegd, terwijl aan dan ene zijde de Duitsers bezig waren doorzochten onze mannen aan de andere zijde het klooster en iedere plaats waar de groep moffen zich had opgehouden, doch van springstof aanleggen was een sprake, zij zochten naar het beste wat er aanwezig was om dit op hun terugtocht mede te nemen. Maar onze mannen hielpen ook een handje mee, en via vele gangen en deuren verdween het grootste deel der goederen die in strozakken geladen werden, door een venstertje naar beneden waar een andere groep klaar stond ze naar een bekend schuurtje in de nabijheid te sjouwen.


De partizanen dragen een blauwe overall en een witte armband met daarop PAN en Oranje


P.A.N. leden trekken samen met Amerikanen op.

Kort verslag van diverse P.A.N. gevechten rond 18 september

Doordat men een auto van de Grüne Polizei tot buit wilde verklaren, ontstond des nachts in het Villapark een vuurgevecht, tussen de Grüne en een groep van de P.A.N. Reeds toen werden de eerste krijgsgevangenen gemaakt, die ons veel hoofdbrekers kosten om ze behoorlijk op te bergen. 

Op 17 september 1944 werd tot openlijk verzet overgegaan vooral in de Kempen, waar ongeveer 15 transportvliegtuigen waren neergeschoten en ongeveer 50 parachutisten, alsmede het materiaal uit de vliegtuigen in veiligheid werd gebracht. De tevoren bepaalde punten werden zo goed mogelijk bezet. Door krachtdadig ingrijpen werd voorkomen, dat onze gehele voorraad munitie door 5 landwachters en 2 agenten in beslag werd genomen.

Een groep van tien, waar onder H. Broekman en Piet Kerssens (PDF) (uit Den Bosch)  hebben in de nacht van 17 op 18 september de Duitsers van het Station verjaagd en verdere brandstichting voorkomen. (Namen uit Groot Eindhoven 17 september 1964)

Reeds begin september waren verschillende Eindhovense rayons in telefonisch contact met elkaar, dit is gebleven tot 24 september. Bij de verdediging van het telefoonkantoor te Eindhoven sneuvelde Theo van den Bogaard. 

Op 18 september 1944 werd door een groep gevechten geleverd op de Geldropseweg, de Hertogstraat en de Burght, in de Hoogstraat werden krijgsgevangenen gemaakt en vielen machinegeweren in onze handen. 

Op de Leenderheide hadden zich zestig Duitsers, voorzien van automatische wapens, opgesteld. Door twintig man waaronder mej. Loek van der Heijden, Eddy Verkaik, Theo Bombeeck, Piet van Riel werden deze Duitsers omsingeld en na een hevig vuurgevecht, gevolgd door een aanval met handgranaten vlogen de Duitsers in wilde vlucht weg. Het gevecht werd voortgezet is een volgend bos, waaruit een hevig vuur als ontvangst voor onze mannen kwam. Piet van Riel en H. Luycks sneuvelden en Eddy Verkalk werd zwaar gewond. De Duitsers lieten vier doden achter. De volgende dag werd hier de aanval voortgezet, in opdracht van de Engelse Commandant tezamen met Engelse tanks. (Namen uit ED 17 september 1964)

Een andere groep kwam in de richting Son in contact met de geallieerde parachutisten, een boerderij werd ontzet. Een onzer viel hierbij tijdelijk in Duitse handen. 

Een derde groep kreeg contact met de Duitsers in de omgeving van Woensel waar H. Luykx en G. den Braber sneuvelden. Er werden krijgsgevangenen gemaakt en een flinke buit viel in onze handen. 

Op 20 september 1944 leverde, in de Kloosterdreef, een groep slag met de vijand en maakte krijgsgevangenen. 

Een andere groep 30 man sterk met twee overvalwagens, leverde slag bij Wintelre, waarbij zij door hevig Duits mortiervuur werden ontvangen. De Duitsers trokken terug met achterlating van hun materiaal, hierbij werden veel krijgsgevangenen gemaakt.  

Hevige gevechten werden geleverd in de omgeving van Nuenen. Naar Best werden verschillende patrouilles uitgezonden. 

Het zuiveringswerk werd ook hier ter hand genomen. Verschillende partizanen gingen op verzoek van de geallieerden als gidsen met deze mede. 

In Netersel werd Fons van der Heyden door enkele Duitsers aangehouden, die hem ondervroegen of hij een parachutist in huis had. Hij had inderdaad een gewonde parachutist in huis en kon niet ontkennen. Des middags werd hij gefusilleerd. 

Door de P.A.N. werd in belangrijke mate meegeholpen aan de opruimingswerkzaamheden van de vernielingen, aangericht door het Duitse bombardement. 

De volgende dagen werd doorgegaan met de arrestaties van verdachte personen.  

In die rayons waar reeds lang voor de bevrijding was gezorgd voor de nodige gegevens en die zich aan de gegeven instructies hielden, verliepen deze arrestaties zonder excessen. Het eigenlijke partizanenwerk was nu afgelopen. Foto hieronder van 20 september 1944 P.A.N. leden en politie voeren gevangen genomen Duitsers af.


Aalsterweg afvoer van Duitse gevangen door leden van de P.A.N. op 20 september 1944
Twee foto's  scherpe deel bij EIB en overzichtsfoto bij https://www.iwm.org.uk/collections/item/object/205410123


Op de 18 september 1944 komt de P.A.N. in de openbaarheid. Hierboven foto's van de voormalige marechaussee kazerne in de Tuinstraat 13 - 15 -17.  Boven de ingang heeft men een Engelse vlag opgehangen, later komt er een schoolbord met PAN Stratum aan het hek te hangen.
Andere P.A.N panden zijn Willemstraat 28  en Strijpsestraat 184 (foto's in deel 1)

E.P.W. (Eddy) Verkaik 

Eddy is Rayoncommandant Eindhoven Centraal, hij woont Hertog Hendrik van Brabantplein 1 
Schuilnaam is Eddi de Vries


De P.A.N pakt N.S.B-ers op. 

P.A.N. leden hadden al maanden vooraf lijsten opgesteld van foute Nederlanders.

Op 18 september 1944 werden door het wijkteam van de P.A.N in Woensel-West twee mensen opgepakt en opgebracht. Eén daarvan was een N.S.B-er tevens SD-agent, Adrianus Wolterbeek, die in de Wattstraat woonde, de man met de handen in de lucht. Uiterst links van hem (zonder helm, maar met witte band) loopt de leider van het P.A.N-wijkteam, Ad van Eerd [lees apart verhaal over Ad van Eerd]. Vóór de oorlog bekend als aanvoerder van PSV met de bijnaam "De Spijker". Tijdens de oorlog droeg hij de verzetsnaam "De Greef". Ad speelde van 1927 tot 1932 bij PSV en droeg de aanvoerdersband van 1928-1932.

De familie Van Eerd woonde destijds in de Wenckenbachstraat 45, meteen naast de ingang van het winkel/woonhuis van mijn grootouders Leeuw. Schuin aan de overkant, waar al het volk staat, is nog net hun winkel te zien: "de Lebo." 

Leendert Smit: "Reeds in 1941/1942 hielpen Rien van Bruggen – hoofd Keramiek bij het Philips’ Nat. Lab., Harry Aarts – rechercheur bij de politie Eindhoven, en Wim Leeuw, een winkelier uit Wijk bij Duurstede, wiens ouders een winkel in huishoudelijke artikelen ("de Lebo") hadden in de Wattstraat in Woensel, joodse landgenoten om onder te duiken. 

Wim Leeuw was de oudste broer van mijn moeder, Jo Leeuw. Rien, Harry en Wim gebruikten als schuilnaam de "Brug", "Aap" en "Leeuw". Tientallen joodse landgenoten hebben hun leven aan hen (en aan degenen die onderdak verleenden) te danken." 

Smit's opa, Leendert Leeuw, woonde bij Wolterbeek in de buurt en liep bij diens arrestatie dansend en joelend achter hem aan. De man was zo gehaat dat partizanen de menigte op een afstand moest houden, anders was hij gelyncht".

Tanja Wolterbeek: "haalde aan dat ze naar aanleiding van de lezing steeds meer informatie uit Eindhoven krijgt over haar vader, en dat ze zich nog steeds schaamt voor zijn gedrag. Op de dag dat hij werd gearresteerd in de Wattstraat, bevrijdingsdag 18 september 1944, veroorzaakte zijn arrestatie een volksoploop omdat hij zich zo gehaat had gemaakt".
Lees ook ED 15-09-2019 https://www.ed.nl/eindhoven/zussen-wolterbeek-worstelen-75-jaar-na-oorlog-nog-steeds-waarom-haatte-vader-de-joden~a906e5e1/

Eindhovense vrouwen in het verzet

Er is weinig bekend over verzetsvrouwen in Eindhoven. Aantal namen zijn wel bekend

Loek van der Heijden

Actief in het Eindhovense verzet.
Foto van haar uit 1964, ED 17-09-1964

Vaak waren getrouwde vrouwen wel enigszins op de hoogte wat hun man deed. Cor Gehrels, de verzetsman bij Philips zei tegen zijn vrouw: "Wat je niet weet, kun je ook niet vertellen". Hun gezin had wel onderduikers in huis, in die oorlogsdagen al voldoende voor de doodstraf. En zij wist van Cor zenderbouw activiteiten voor Herrijzend Nederland.

Op 18 september 1964 legt Loek van der Heijden, namens alle vrouwen in het verzet een krans. Zij was actief bij de  groep van Eddy Verkaik, Jules Gijsbers en pastoor Sicking. Zij was onderwijzeres in de Gerardusparochie. Zij liet zich door zenuwarts E.M.L. Sassen tijdelijk ongeschikt verklaren om les te geven. Motivatie was dat ze “minder enerverend” werk moest doen. Daarna verrichte ze, de laatste oorlogsjaren, dag en nacht koerierdiensten. Niet alleen in en rond Eindhoven maar voor de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO) reisde zij, omhangen met distributiekaarten, stempels en valse persoonsbewijzen het gehele land door. Ze bracht ook berichten over. Haar (ouderlijk) huis Lakerstraat 1 was een trefpunt van de illegaliteit. Ze vocht ook gewapend mee, met andere P.A.N. leden, op de Leenderhei tegen Duitsers, waar aan beide kanten doden vielen. 

Ook Greet Kelder-Vroom verrichte allerlei koeriersdiensten, ze vertelt later dat ze, tijdens haar verzetsjaren, in België heeft leren schieten. Ook haar zus Lenie Vroom was actief in het verzet. 

Else Engel uit de Hooghuisstraat was actief bij de groep van Eddy Verkaik en voerde, samen met Greet,  gevaarlijke verkenningen uit.

Een ander verhaal is van de dochter van Piet Zwartkruis, Ineke ( M.E.L.) Zwartendijk, die nam regelmatig, in een soort korset, allerlei briefjes, gecodeerde boodschappen en illegale krantjes mee, verspreidde die door het gehele land. Ze kreeg die in Eindhoven van een oud-klasgenoot die ze kende van het Lorentz lyceum. In Utrecht is ze door verraad in de val gelopen en toen ze alleen in een cel zat, heeft ze alle papieren opgegeten. Zonder bewijs en niets losgelaten heeft ze tot oktober 1944 in Den Bosch gevangen gezeten. Ineke werkte voor de A13 centrale en student Victor Beermann.

lida Lucia Voorhoeve , sinds 1965 weduwe van Philips verzetsman Dr. Ir. N. A. J. Voorhoeve was draagster van het Verzetsherdenkingskruis. Elisabeth Adewina Simonetta  Elbrink-Remmert geboren 6 januari 1897 - 12 oktober 1987 ontving een Verzetsherdenkingskruis. Wat hun activiteiten waren is onbekend.

Mevrouw S. Wijtman- Vleer: 'In onze woning verstopten we wapens voor het echtpaar van Bruggen en we hielpen hen bij het zoeken naar onderduikadressen. Op een dag vernamen we dat we geen contact meer met hen moesten opnemen: de SD had hun illegale werkzaamheden ontdekt. Verder brachten moeder en dochter illegale bladen rond en hielpen Joodse onderduikers.

Aantal vrouwen zijn bekende pilotenhelpsters: Maria H.J Aarts,  Johanna van v. Bruggen-v.Moorsel,  Mrs v.d. Ven-de Haas, mevrouw Wijtman-de Vleer en Geertruida Mudde. Meer namen rondom pilotenhulp uit Eindhoven en omgeving.

Hilda Verwey-jonker is zowel voor, tijdens en na de oorlog zeer actief geweest op allerlei terreinen: Opvang gevluchte jongeren in Dommelhuis, honderden aanpassingen in gemeente bevolkingsregister, om mensen te laten onderduiken, verspreiden van bonnen en ID-bewijzen, onderduikers helpen en zelf onderdak bieden en haar betrokkenheid bij Tribunaal voor Bijzondere Rechtspleging in Eindhoven. Lees het volledig verhaal op: https://www.eindhoven4044.nl/6/Hilda_verwey_jonker.html

Rie Jansen (doopnaam Maria) en Cor van Reuth waren zeer actief met het helpen van (joodse) onderduikers. Zij was begin veertig in de oorlogsjaren en woonde in de Paradijslaan 50 (huidige 22-C) Eindhoven. Rie was verpleegster en had door haar functie ook toegang tot het Eindhovense politiebureau. Zij kreeg daar hulp van de politieagent P.E. (Piet) Soethout en oud-burgerwachter J.Bogers. Zij smokkelde brieven en boodschappen naar buiten en zorgde dat sommige celbewoners opgenomen werden in het ziekenhuis en dan onderdoken. Ook op het gemeentehuis had zij veel contacten en met diverse ziekenhuizen en instellingen waar mensen tijdelijk werden ondergebracht. Zij onderhield nauwe contacten met de P.A.N. en andere verzetsleden in Eindhoven voor o.a. extra voedsel- en andere bonnen. Rie Jansen overlijdt in Eindhoven op 25 oktober 1957, slecht 59 jaar oud. Haar man, Cornelis Wilhelmus Josephus van Reuth geboren 12 maart 1893, overlijdt op 25 september 1958. Volledig verslag van werk op: https://www.eindhoven4044.nl/4/Eindhovens_joods_verzet_woii.html

Help mee om zoveel mogelijk Eindhovense vrouwelijke verzetsstrijdsters hier te achterhalen.

extra: Doornbos, mej. Irene Marie Joanna

 ‧ 17-02-1916 Hoboken (BEL) - 05-04-1944 Eindhoven (NB)  

Irene was koerierster voor het illegale Trouw. Ook raakte ze betrokken bij de voorbereidingen van een overval op een distributiekantoor in Sint Laurens. Dit kantoor fungeerde als centraal punt en had dus de grootste voorraad aan bonnen. Irene ging weken lang de gang van zaken na op het distributiekantoor. Naast voorbereidingen, wilde ze ook betrokken worden bij de daadwerkelijke overval. Na de succesvolle overval moest ze na herkenning in onderduik en kwam ze in Eindhoven terecht waar ze wederom in het verzetswerk terechtkwam en daar ook is overleden.  September 1946 was op de algemene begraafplaats te Vlissingen  een korte, sobere plechtigheid plaats. De burgemeester der stad, mr. Kolff, droeg aan de familieleden de steen over, die het graf dekt van wijlen mej. Irene Dorenbosch. Zij was  in leven archivaris der gemeentelijke bibliotheek. Vooraf vertolkte de voorzitter der GOIW te Vlissingen, de heer J. Blankenburg, de gevoelens van haar vrienden uit het verzet. Zij herinneren zich nog goed het tragische moment, waarop het droeve nieuws, dat zij in Eindhoven, 5 april 1944, tijdens het vervullen van haar moedig verzetswerk, het leven had gelaten. 

Hoof, Maria Antonia Cornelia van 02-02-1919 Eindhoven.
Koerierster van J.M. (Jo) Pennings, leider van de G.D.N. (Geheime Dienst Nederland) (bron)

Beide uit de Bron: https://www.geni.com/projects/Koeriersters-van-het-verzet-40-45/2838063




Meisjes en vrouwen die met Duitse soldaten omgingen.

Hier en daar in de stad worden o.a. door Partizanen zgn. moffenmeiden, kaal geschoren. Op de band om hun hoofd staat: "Deutsche Wehrmacht". 


Opbrengen van vrouwen die een Duits liefje hadden

Rapportage van Rayon Tongelre

Activiteiten van Groep III en Tongelre.Groep II

Rapportage van Rayon Tongelre

Groep III. Rayon Tongelre. 

18-9-1944. Geconcentreerd Lakerstraat No. 1.

              te ca. 13.15 uur uitgerukt naar Tongelresestraat;

              verkeer geregeld en orde gehandhaafd. 

              Verder allereerst de bekendste N.S.B. ers gearresteerd en overgebracht naar  

              hoofdbureau van politie. 

              ca. 10 Duitse militairen krijgsgevangen gemaakt, 

             Wapens en munitie buitgemaakt. 

              Gedurende de nacht de school aan de Tongelresestraat bezet en bewaakt. 


19-9-1944. Leden N.S.B. gearresteerd. Moffenmeiden opgehaald en kaal geknipt.   

              Verkeer geregeld en orde gehandhaafd. 

              Tijdens bombardement de school bezet gehouden daarna direct zo vlug 

              mogelijk verzameld om alle mogelijke hulp te verrichten. 


20-9-1944. Hulpdiensten verricht, o.a. in Villapark en Tongeresestraat. 

              Gewonden opgehaald en vervoerd. Op patrouille geweest naar omgeving 

              Nuenen, alwaar met Duitsers in contact gekomen. Duitsers waren echter te 

              sterk waardoor moest worden geretireerd. Bijzonderheden met 

              plaatsaanduiding over deze patrouille doorgegeven aan Engelse Officier. 

              Nog enige N.S.K.K (Nationalsozialistisches Kraftfahrkorps), H.K.P. en N.S.B.   

              (Nationaal Socialistische Beweging) leden gearresteerd. 


21-9-1944. Verblijf in orde gebracht, wapens en munitie verzameld en gesorteerd. 

              Archief van de landwacht uit pand: Parklaan 54 gehaald en opgeborgen. 

              Gepatrouilleerd in het Villapark e.o. en hulpdiensten verricht.


Rapport Groep I. Rayon Tongelre.

Maandag 18-09-1944 , voormiddag. Alle leden van de groep opdracht gegeven zich gereed te houden. 

13.00 uur. Leden van groep opgeroepen om te verzamelen op de commandopost. 14.00 uur. In uniform en gewapend uitgerukt onder commando van  

               Rayonscommandant.

               Na melding van de Rayonscommandant bij de commandant van de  

               Amerikaanse Air Born patrouille op de brug van de Tongelresestraat op 

               verzoek van deze, het publiek van de Tongelresestraat verspreid en straat 

               vrij gehouden. Daarop terstond begin gemaakt met arrestatie van N.S.B.-

               ers ed. Deze arrestanten evenals door andere Troepen binnengebrachte 

               krijgsgevangenen in de school aan de Tongelresestraat onder bewaking

               gesteld en later afgegeven aan politie, die geregeld met auto in het rayon 

               kwam. Later op de middag rangeerterrein afgezocht. Munitie en wapens 

               gevonden en deze, voor zover bruikbaar, meegenomen.


Tot Dinsdagmorgen 8.30 uur rangeerterrein bewaakt vanaf Station tot overweg IJzeren Man. Alle belangrijke objecten bleken aanwezig te zijn: 

1 wagen met Duitse uitrustingsstukken, springstof en onderdelen van wapens, tenminste 2 wagons met Philips materiaal en grondstoffen, tenminste 1 wagon met benzine-elektrisch aggregaat, tenminste 1 wagon met levensmiddelen.

De bewaking werd uitgevoerd met twee dubbele loopposten. 

Dinsdag 19-09-1944 8.30 uur overgedragen aan Groep II.

Dinsdag, 9.00 uur. gedeelte van groep op patrouille omdat Groep 1 richting Eeneind gesignaleerd was. Bij aankomst had juist een Amerikaanse patrouille met de Duitse afgerekend. P.v.G.C. medegegaan met niet-P.A.N. groep wegens, sedert maandag gesignaleerd Duits mitrailleursnest in boerderij richting Geldrop. Dit bleek een vals bericht. Burgers uit Geldrop meldden dat de Duitsers daar versterkingen ontvangen hebben. Op terugweg dit gemeld aan Amerikaanse patrouilles. Voorts doorgegaan met arrestatie van N.S.B-ers. Vanaf 11 uur moffenmeiden opgehaald en geknipt. Direct na het bombardement met gedeelte van groep geholpen aan reddingspogingen van de in de kelder van het huis van Ketel, Leeuweriklaan, ingeslotenen. Toen dit werk geheel hopeloos geworden was en omliggende villa’s geen gevaar meer liepen, naar stad gegaan, omdat in eigen rayon geen directe dringende hulp nodig was. In de stad op enige plaatsen hulp aangeboden, echter was niets belangrijks te verrichten. Bij terugkomst in Tongelresestraat bleek aldaar brand ontstaan.

Nabuur huizen ontruimd en gezorgd dat brand beperkt bleef. Om 1.30 uur ingerukt en rust tot woensdagmorgen 8 uur. 

Woensdag 20-09-1944. Gedeelte van groep wacht voormalige hoofdkwartier Stratumseind.

Ander gedeelte van groep helpen verhuizen Tuinstraat. Om 9 uur 's avonds ingerukt en rust tot donderdagmorgen 8 uur. 

Donderdag 21-09-1944. Van 8 tot 20 uur. Hulp aan getroffenen. 

Donderdag. 20 uur-Vrijdag 19 uur: Wacht gedurende de duisternis en patrouille. 

Rust tot zaterdagmorgen 8 uur. 

Zaterdag 24-09-1944: Wachten op orders.



Overzicht van de P.A.N. aanslagen op treinen, telefoonverbindingen, hoogspanningsmasten, overvallen en oversteken van grensovergangen met illegale lectuur.

Niet alle verkenningen lopen goed af: 

Verklaring van Jacques Hermans

Ondergetekende, voormalig Staflid der Partisanen Actie Nederland, P.A.N. te Eindhoven, verklaart het navolgende: 

In de namiddag van 19 September 1944 werd door mij, zulks op verzoek der geallieerden, opdracht gegeven aan de verkennersgroep A. bestaande uit zeven vrijwilligers van de P.A.N., waartoe ook behoorde Th.C.M. Rutten, geboren 11 Januari 1923 te Eindhoven, zich per auto te begeven naar de corridor te Nijmegen om op de flanken hiervan verkenningen te gaan uitvoeren. 

Genoemde Rutten vertrok met de verkennersgroep A. nog diezelfde nacht, en na de resultaten van hun verkenning aan de radiowagen te hebben doorgegeven, keerden ze in de vroege ochtend van 21 September 1944 weer naar Eindhoven terug. 

De geallieerden waarschuwden hen dat er op de weg nog vuur werd ontvangen van Duitse scherpschutters, daarom werd besloten zonder licht te rijden en voor de veiligheid werd Th. Rutten op de motorkap geplaatst om gewapend de wagen te beveiligen. 

Op de weg St. Oedenrode – Nijnsel dook plotseling een geallieerde wagen op en voordat gestopt kon worden geschiedde de aanrijding, om 6 uur v.m. op 21 September 1944. Th. Rutten brak hierbij zijn been. Hij werd opgenomen in het Militair Hospitaal te St. Oedenrode en na enige tijd overgebracht naar het Binnenziekenhuis te Eindhoven, alwaar hij nog zeven weken verbleef.

Bij de thuiskomst van de verkennersgroep werd dit gerapporteerd en behoorlijk doorgegeven.  

Aldus opgemaakt naar waarheid om te dienen waar nodig,    

Eindhoven, 1 October 1945 

J.H.A.H  / Staf P.A.N.

Eindhoven. Jacques Hermans 


P.A.N. leden marcheren op de Bilderdijklaan richting Van Abbemuseum.
In beeld banketbakkerij A Coppens.
Het voorste deel van het monumentale pand is in 2019 nog aanwezig op de Stratumsedijk. 

Omgekomen P.A.N. leden

In de afsluitend pagina van het rapport van 5 juni 1945 aan Prins Bernhard staat:

Het "nuchtere saldo' naast twaalf P.A.N. leden die voor en tijdens de bevrijding zijn omgekomen.

214 krijgsgevangenen gemaakt
705 arrestatie's verricht

800 geweren, 100 mitrailleurs, pantservuisten en handgranaten, buitgemaakt.

overval distributiekantoor

De P.A.N kampt wel met een tekort aan wapens. Frans Linders, fotograaf bij de technische dienst van de Eindhovense recherche, maakt op enig moment deel uit van de P.A.N 
Geboren 3-5-1918  
Overleden 11 september 1944
Lees volledige verhaal op: https://www.eindhoven4044.nl/50/Linders-Streefkerk.html


Het laatste rapport van wachtmeester Den Braber op 17 september 1944.

Gerrit den Braber

Gerrit in politie uniform

Gerrit den Braber

Gerrit den Braberlaan in Eindhoven
Gemeentepolitie Eindhoven / P.A.N. 
Geboren op 11 december 1919 te Sint Philipsland
Overleden op nacht 17 en 18 september 1944 te Eindhoven

Gerrit woont in Eindhoven waar hij werkt als wachtmeester van de staatspolitie. In 1944 sluit hij zich aan bij de P.A.N,, hij is dan 24 jaar. Als politieman is hij erg welkom bij de P.A.N. 

Gerrit wordt op 17 september dood aangetroffen op een perceel bij de Kaakstraat in Woensel. Vermoedelijk is hij vanwege zijn PAN-uniform, dat hij toen droeg, ter plekke doodgeschoten door Duitse militairen. Gerrit is 24 jaar geworden.
In Eindhoven / Acht is ter ere van hem een straat naar hem genoemd: Gerrit den Braberlaan 

Theo van den Bogaard

13-2-1921 Den Bosch - 18-9-1944 Eindhoven
Theodorus Wilhelmus van den Bogaard

Volledig rapport met documenten:

Theo van den Boogaard

Theo staat rechts 

Partizanen bewaken Telefoonkantoor: 

Een groep van 20 Duitsers was ingesloten op de Emmasingel, en kwam met de wapens in de aanslag, de Keizersgracht op, die er geheel verlaten bij lag. Maar de leegte op straat was bedrieglijk. Vanuit de Willemstraat, het zenuwcentrum van de P.A.N, en vanuit de telefooncentrale op de hoek Keizersgracht-Vrijstraat, die een uur eerder door de Partizanen was bezet, volgden loerende blikken de feldgrauwe figuren die langs de huizen slopen. Plots brak de hel los. Een Duitser had iemand met een geweer gezien op de eerste verdieping van het P.T.T.-kantoor en direct geschoten. 

Daarop openden alle Duitsers het vuur. De 23-jarige Theo van den Bogaard uit Den Bosch, kreeg een kogel door zijn hoofd. Na Adri Luijkx was hij de 2e P.A.N-man die op bevrijdingsdag sneuvelde. 

De opdracht aan de wacht in het Telefoonkantoor, was "Uitsluitend schieten, indien men het Telefoonkantoor wil binnendringen", ter verdediging hiervan. In de namiddag na de landing der Paratroepen omstreeks 3 uur kwam er bericht binnen op W. 26 (Willemstraat 26) "dat er een zeer grote groep Moffen over de Emmasingel in de richting van de Keizersgracht ging". Even daarna werd dit door een koerierster welke door de achtertuinen kwam, bevestigd. Onmiddellijk werd bevel gegeven, de straat te ontruimen van de vele daar voor het stafkwartier samengroepende burgers.

Alle P.A.N. leden kregen opdracht binnen te blijven, terwijl de post werd bevolen binnen het hek te blijven. Een en ander in verband met het feit dat al was dan de afstand groot, stellig verwacht kon worden dat bij een eventueel gevecht de kogels de op de Keizersgracht uitziende Willemstraat zouden invliegen. De wacht op het Telefoonkantoor, welke van het stafkwartier uit gemakkelijk voor een deel kon worden geobserveerd, werd gewaarschuwd: "Binnen blijven en je niet laten zien". Vanuit het zijhek van W. 26 werd door de D. Staf nauwlettend acht geslagen op de verschijnende moffen. En ja, reeds na enige ogenblikken verschenen de eerste sluipend langs de muren, tot het uiterste op hun hoede. De post voor het geweer, greep zijn, met zorg bewaarde en goed onderhouden Nederlandse karabijn, legde aan op een van de Moffen en een van de Stafleden stapte rustig naar deze van strijdlust gloeiende, doch in dit werk nog niet ervaren jongen en zei: "Nee, zo doen wij dat niet, als jij die Mof neerknalt, dat is gemakkelijk genoeg, maar het is een groot aantal, stellig komen ze dan hierheen als het ons te warm wordt, zouden we nog kunnen uitknijpen, maar de Moffenmethoden kennende kunt U ervan overtuigd zijn dat het minstens een tiental in de buurt wonende burgers het leven kost, die worden uit hun woning gehaald en voor de muur gezet. Alleen schieten wanneer we worden aangevallen, geen gevecht nu uitlokken in het centrum van de stad". Met spanning werd door een kijker het aansluipen der voorposten en de volgende meer samenlopende Moffen gevolgd. Het duurde ongeveer een tiental minuten voordat de hoofdmacht ter hoogte van het Telefoonkantoor was. Plots knalde een schot, onmiddellijk doken allen voor ons zichtbare Mofjes weg, een heidens kabaal van schoten volgde, nu allen sluipend vervolgden na enige tijd de Moffen hun weg. Dit kort naar hevig vuur had aan onze gast uit ’s-Hertogenbosch, Th. v.d. Boogaard, die zo spontaan wilde medewerken en daarom mede de wacht in het Telefoonkantoor had betrokken, het leven gekost. 

Misleid door de stilte welke de Moffen in acht namen bij hun marcheren, had hij even door het raam de toestand willen opnemen, een der Moffen had hem daarbij opgemerkt waardoor dit vuurgevecht ontstond, hetwelk een einde aan zijn leven maakte.

De naam Th. Boogaard (zoals beschreven in het rapport van 5 juni 1945 aan Prins Bernhard, zie hierboven) moet zijn Theodorus Wilhelmus (Theo) van den Bogaard. Lees meer: https://www.eindhoven4044.nl/4/TheovandenBogaard.pdf


Theo staat centraal op de cover van het boek "The Dutch Resistance 1940–45"
beschrijving van dit boek op:
                     https://eindhoven4044.nl/10/Resistance.html

Adri Luijkx

1-9-1918 Halsteren
18-9-1944 Eindhoven

Turkse pasje

Een tragische vergissing

Op 18 september trekken Amerikaanse parachutisten Eindhoven binnen. Ze bevrijden de stad. Ook zorgen ze ervoor om de opmarsroute en de bruggen over de Dommel voor het Britse grondleger veilig te stellen en open te houden. Eindhovenaren staan, vaak getooid in oranje, langs de weg om de Amerikanen welkom te heten. Maar de bevrijding heeft ook zijn schaduwzijde. Tijdens de gevechten begaat een van de paratroopers een tragische vergissing.

In de Woenselsestraat hoorde de 26-jarige kruideniershulp en lid van de P.A.N, Adri Luijkx, dat bij een NSB-er in de buurt, waarschijnlijk nog Duitsers verborgen zaten. Op het bewuste adres werd niet opengedaan. Daarom sloeg Adri met de kolf van zijn geweer een raam in. Terwijl hij met een been over het vensterkozijn stond, ratelde een machinepistool. Adri werd dodelijk getroffen. Een Amerikaanse parachutist kwam aangelopen. Hij zag de witte P.A.N-armband die Adri tussen zijn riem had gestoken en hij realiseerde zich zijn vergissing: als Adri de band om zijn arm had gedragen, zou hij hem niet voor een vluchtende Duitser hebben aangezien.

In het boek: Deliver Us From Darkness: The Untold Story of Third Battalion 506 Parachute Infantry Regiment during Market Garden (General Military) staat dat ze de armband van de PAN niet kende en wel de ORANJE.

 Piet van Riel
Petrus Wilhelmus

Piet werkte als perser bij de
19 januari 1908 en gesneuveld op 19 september 1944 

Kort daarop trok deze zelfde P.A.N-groep de stad uit, want verkenners hadden gerapporteerd dat een groep van zestig Duitsers zich ophield bij de uitkijktoren op de Leenderhei. Commandant Eddy Verkaik vroeg en kreeg een onderhoud met de Duitse luitenant om over een capitulatie te onderhandelen, maar werd tijdens het gesprek door de Duitser lafhartig neergeschoten. 

Zwaargewond viel hij neer. Woedend bond de P.A.N-groep de strijd aan met de driedubbele overmacht en in een stormaanval met handgranaten joegen zij de vijand op de vlucht. Een grote hoeveelheid fietsen, pantservuisten, mitrailleurs en munitie viel de Partizanen in handen en acht Duitsers lieten zich gevangen nemen. 

Maar de rest hergroepeerde zich in een volgend bos en een spervuur van kogels vloog de oprukkende P.A.N-groep om de oren. Sectiecommandant J. van den Broek werd lichtgewond, de 36-jarige Piet van Riel gedood. Van Riel was de derde P.A.N-soldaat die op bevrijdingsdag sneuvelde. De gevechten op de Leenderhei zouden tot de volgende dag duren. 

Willem Klazes Flipse &
Johannes Cornelis Maria Freericks

Beide P.A.N. Leden overleden op 20 september 1944

1

Betrapt

Willem Flipse, 20 jaar  (machinebankwerker bij de Nyma )  en Hans Freericks, 18 jaar (Etaleur) zijn door Duitse militairen betrapt bij het doorzoeken van een Britse "carrier".

Een blauwe overall en P.A.N-armband was voor de bezetter een duidelijke aanwijzing dat ze met de partizanen te maken hadden.
Ze zijn ter plaatse in Bladel vermoord.

Gedenksteen staat:  Kroonvensedijk Bladel, richting Camping Tipmast
Ontwerp: Fons Roymans    

Willem Klazes Flipse

Willem Klazes Flipse

Hans Freericks

Fons van der Heijden

Franciscus Alphonsus (Fons) van der Heijden (Netersel, 29 januari 1896 – Netersel, 20 september 1944) 
In Netersel is een straat naar hem vernoemd:
Fons van der Heijdenstraat

Fons van der Heijden

Fons van der Heijden was een actief verzetsman die op zijn boerderij in Netersel gedurende de Tweede Wereldoorlog vele tientallen onderduikers onderdak verleende. Daarnaast was hij een actieve schakel in de zogeheten "Pilotenlijn" een route voor neergeschoten geallieerde piloten, Engelandvaarders, krijgsgevangenen, enz. die via België, Frankrijk en Spanje probeerden Engeland te bereiken. Hij verzorgde vervalste stamkaarten waarmee het voor onderduikers in de regio mogelijk werd om aan voedseldistributiebonnen te komen. Van der Heijden was ook lid van de LO en de P.A.N. In die hoedanigheid deed hij mee aan wapendroppings. Omdat hij als landbouwer in bezit was van paarden en wagens werden de wapens door hem getransporteerd van de droppingszones naar de eindbestemming.


Ook was Van der Heijden actief in de voedselvoorziening. Tijdens de Tweede Wereldoorlog meende de Duitse bezetter het verzet te kunnen afschrikken door gijzelaars gevangen te nemen. Hiervoor werden door de Duitsers Kamp Haaren nabij Tilburg en Kamp Sint-Michielsgestel als interneringskampen ingericht. In deze kampen was een tekort aan alles en dus ook aan voedsel. Fons van der Heijden kende twee Tilburgse textiel-industriëlen, Van Dooren & Dams en Enneking, die een plan hadden bedacht om te helpen. De textielhandel was ingezakt en de voorraden waren hoog. Ze stelden voor om stoffen beschikbaar te stellen als ruilmiddel voor graan. Van het graan zou op de boerderij brood worden gebakken voor in de kampen. Vanaf mei 1942 tot de laatste week van de oorlog midden september 1944, werden per week zo’n 150 broden gebakken. Bijna 20.000 broden in totaal tijdens de hele oorlog. Beide industriëlen zorgden vervolgens weer voor de distributie naar de kampen.

Meer over Fons:
-  https://nl.wikipedia.org/wiki/Fons_van_der_Heijden

- https://brabantsegesneuvelden.nl/persoon/fons-van-der-heijden-bladel-1896


Ben Vlemminx

Bernardus Martinus Petrus Arnoldus Vlemminx
31-8-1924 Oirschot -  1-10-1944 Boxtel
Ben is 20 jaar geworden.

Ben is tijdens de Duitse bezetting is actief als illegale werker. In september of eerder in 1944 heeft Ben zich aangesloten bij de P.A.N.

Op weg naar Eindhoven
Om zich bij hen te voegen, moet hij vanuit Oirschot door de vijandelijke linies om het inmiddels bevrijde Eindhoven te kunnen bereiken. Pieter van Boven uit Rotterdam, onderduiker in Eindhoven, gaat met hem mee. Het is nooit helemaal duidelijk geworden waarom ze naar Eindhoven willen; mogelijk voeren ze een opdracht uit voor het verzet, of willen ze zich aansluiten bij de Binnenlandse Strijdkrachten.

Het tweetal verlaat Oirschot op 1 oktober 1944 en komen tegen de avond aan in Boxtel, in de buurtschap Langenberg aan de Schijndelsedijk. Daar worden ze aangehouden door een Duitse patrouille. Als uit hun identiteitspapieren blijkt dat zij niet uit Boxtel komen, vermoeden de Duitsers wat zij van plan zijn en arresteren hen ter plekke. 

De Feldgendarmerie brengt hen over naar de herberg van de familie Van Maaren aan de Schijndelsedijk, waar overste Jungwirth van de 59e Infanteriedivisie hen standrechtelijk ter dood veroordeeld. Nog diezelfde avond wordt het doodvonnis voltrokken; nabij de boerderij van de familie Van Kempen op Langenberg 1 worden Pieter en Ben in het duister door de Feldgendarmerie gefusilleerd. 
Bron: https://brabantsegesneuvelden.nl/persoon/bernard-vlemminx-oirschot-1924


Opheffing van de P.A.N

Slechts enkele dagen na de bevrijding wordt de P.A.N. opgeheven. Overall, armband en wapens moeten worden ingeleverd. In het Philips Ontspanningsgebouw maakt Jan Borghouts ("Peter Zuid") het eind van de P.A.N bekend. Hij nodigt de partizanen uit om deel te nemen aan zijn Stoottroepen. 


Het verzet in Eindhoven en omgeving wordt aan de kant gezet door Peter Zuid of Jan Borghouts,  (staat links op de foto en met bril is Tonny Gerritsen) en de staf van Prins Bernhard. Zonder inspraak neemt het "bevoegd gezag" alle taken over en de P.A.N. leden konden zich aanmelden bij de stoottroepen of wel Regiment Stoottroepen Prins Bernhard. Het verzetswerk werd door de Amerikanen en Engelsen meer gewaardeerd dan door het Nederlandse gezag in die dagen. Deze miskenning heeft bij veel verzetsmensen van de P.A.N. geleid tot een forse teleurstelling.

STAF DISTRICT EINDHOVEN

P.A.N.

Eindhoven, 23-9-'44.

13.30 uur

SPOED

AAN ALLE RAYONSCOMMANDANTEN

Men neme goed nota van het volgende: 

Hedenmiddag te 3.00 uur moeten alle niet tot de "vrijwillige stoottroepen" behorende, thans in dienst zijnde manschappen, worden verzameld.

Deze behoren ongewapend aan te treden. Deze moeten worden toegesproken en worden bedankt voor al hetgeen zij in onze dienst hebben verricht. De overalls en banden moeten daarna worden ingenomen. Voor zover reeds in uw bezit is het vorige bevel vanzelfsprekend hierdoor vervallen. De vroegere illegale medewerkers dienen zich in burger bij de Rayonscommandant te vervoegen en aldaar naam en adres op te geven. Deze naam en adres dienen vóór 5 uur ingeleverd te zijn op het Hoofdkwartier. 

Wapens en munitie en de verdere uitrustingsstukken dienen eerst uniform te worden verdeeld over de Stoottroepen. 

Het overtollige materiaal zal per auto vervoerd moeten worden naar Willemstraat 26; dit geschiedt door de Stoottroepen. 


STAF P.A.N. 

De Stafadministrateur

============


Morgen om tien uur v.m. allen in het Philips Ontspanningsgebouw verzamelen, ongewapend. Doel en strekking van deze bijeenkomst niet kennende (van te voren was dit niet met de topleiding besproken) gaf dit geen aanleiding tot informeren, voor zover zij dit nog konden; er was genoeg ander werk dan nu al rond de groene tafel te gaan zitten. Dientengevolge verschenen van de 900 á 1000 man sterke P.A.N. ongeveer 250 Eindhovense toehoorders. In het Ontspanningsgebouw kwam men tot de ontdekking dat daar een van onze contacten kwam spreken. 

In een redevoering maakte Peter Zuid (Jan Borghouts) het volgende bekend: 

Het is de wil van de geallieerde legerleiding, alsmede de wens van Z.K.H. Prins Bernhard dat de P.A.N wordt opgeheven. De K.P. ’s en enkele sabotageploegen worden samengevoegd en onder mijn leiding in het gehele Zuiden tot Stoottroepen geformeerd. De taak van deze Stoottroepen zal zijn: door de linies breken, daar verkenningen verrichten en wapens overbrengen, eventueel per vliegtuig droppen. 

De daar omheen gesponnen aanmoedigingen tot Vaderlandsliefde en heldenmoed, vonden matig bijval. Voor de buitengemeenten was het wel de wil van de geallieerde Legerleiding dat de P.A.N bleef voortbestaan, ondanks de "Officiële" afkondiging, want daar wilde men alleen met P.A.N.-mannen te maken hebben en niet met aangewaaide dilettanten. 

De oprichting van de eerste compagnie stoottroepen, moest ook nog door de P.A.N. zelf geschieden. De uitvinders van de Stoottroepen beschikten over zoveel mensen, dat zelfs hun Staf-personeel per advertentie in een plaatselijk dagblad, moest worden aangeworven. De eerste Compagnie Stoottroepen werd na geformeerd te zijn, even nadien naar Leeuwen, Wamel en Dreumel gedetacheerd daar er nog nergens formaties in de zin van Stootroepen bestonden, die het vereiste werk aankonden en aandurfden. 

Om toen onnaspeurlijke redenen werd een plaatselijk staflid die ook het bevel tot de vergadering en opheffing van de P.A.N. had gegeven, commandant.

23 September 1944.


STAF DISTRICT EINDHOVEN

P.A.N.

============

BEVEL


Vanaf morgen 24-9-44 mag zich niemand meer op straat in overall met band bevinden, tenzij behorende tot de uitgezochte mensen.

Die niet tot deze behoren moeten heden de overalls, banden, munitie en wapens inleveren. 

Op bevel van Commandant Zuid.

Dré Kousemaker

============


De 1e Compagnie Stoottroepen wordt gevormd door verzetslieden uit Eindhoven en omgeving. Na voltooiing van hun opleiding werd de compagnie ter beschikking gesteld van het 2e Britse leger. Op 10 oktober 1944, om 10.00 uur worden 123 man op 9 Engelse vrachtauto's naar Beneden - Leeuwen vervoerd om daar te worden ingezet langs het Waalfront tussen Wamel en Boven-Leeuwen. Bij gebrek aan battledress was iedereen gestoken in blauwe overall met oranjeband. De staf werd gelegerd in Hotel Jurriëns, drie pelotons in de school en het klooster en de rest over andere adressen. De compagnie stond onder leiding van Dré Kousemaker. De compagnie werd later gekleed met Engelse uniformen.


P.A.N. en 18 september herdenking

Jarenlang hebben P.A.N. leden de erewacht gehouden bij de herdenking op 18 september 1954
P.A.N. leden herkenbaar aan helm en armband op de foto's.
In 1954 hadden dienst: Wim Kelder, L.a. Gussenhoven, JS.H Weinberg, C.A. Gussenhoven en M. van de Bersselaar.
organisatie Th.C. dirks en Jacques Hermans.
Allemaal actief in het verzet in de oorlogsjaren