Vóór de Tweede Wereldoorlog was Philips al een technologisch geavanceerd en internationaal opererend concern dat in 1939 in totaal 45.000 mensen in dienst had, van wie 19.000 in Nederland, het merendeel was werkzaam bij Philips Eindhoven. Eindhoven had rond 1940 zo'n 112.000 inwoners
Door deze vergevorderde internationalisering kon Philips de Tweede Wereldoorlog redelijk goed doorstaan en zelfs winst maken. Door allerlei internationale contacten was Philips op de hoogte van de komende oorlog en had al in 1936 draaiboeken klaarliggen, bij een eventuele inval van Duitse troepen. Philips was beter voorbereid dan de Nederlandse regering, Philips kon aan zijn eigen Duitse fabrieken zien hoe de oorlogsindustrie in Duitsland toenam. Deze bezorgdheid werd ook gedeeld met de Nederlandse regering.
Ondanks de vele aanwijzingen en de reeds uitgevoerde Duitse oorlogshandelingen zoals inval in Polen op 1 september 1939 geloofden merendeel van de Nederlanders dat Nederland wel “neutraal” zou blijven en de waterlinie uit 1870-1885 hun zou beschermen.
Op 9 april 1940 viel het Duitse leger, onder leiding van Adolf Hitler, Denemarken en Noorwegen binnen. Een deel van het Philips kader en vooral de vrouwen en kinderen (de visie was; "dan hebben de mannen geen familiezorgen.") van het hogere personeel en directie waren vertrokken naar het westen van Nederland. Na twee weken waren deze Philips-mensen weer teruggehaald, het gevaar voor een inval in Nederland was weer even geweken, dacht men.
Op vrijdag 10 mei 1940 vallen de Duitsers Nederland binnen. Om precies 3.55 uur steken Duitse troepen de grens over zonder waarschuwing of oorlogsverklaring vooraf. Zaterdag 11 mei vertrekt een deel van de Philips top en aantal particulieren zoals familie Elias richting het westen. Veel kunnen per boot ontkomen naar Engeland, de meeste Eindhovenaren niet.
Op zondag 12 mei 1940 verschijnen al de eerste Duitse verkenningstroepen in Eindhoven. Weerstand ondervinden de bezetters niet, ondanks dat pas op 14 mei de officiële Nederlandse overgave was, na het verwoestende bombardement van de Duitsers op Rotterdam.
De bovenkant van een Philips advertentie juni 1940 voor een nieuwe radio en knijpkat.
Onze fabrieken staan ongeschonden en wij zijn vast besloten, alles in het werk te stellen, om onze klanten op dezelfde wijze te blijven bedienen als zij dat gewend zijn. Wij geven ons alle moeite, onze mensen van werk te voorzien, doch daarvoor is Uw steun onontbeerlijk. U moet ons helpen door de producten, die wij fabriceren, te kopen. Wij komen met twee nieuwe producten. Aan U, om ze te gebruiken.
Philips radiotoestel 122 abc,
Philips dynamo-zaklantaarn = in de volksmond knijpkat genoemd
Opvallend is de grote en dreigende schoorsteen in de advertentie. Een symbool voor de Duitse bezetting?
Philips „Protector" lampen. Voor de oorlog al in productie, als verduisteringslamp
In de oorlogsjaren reclamebord met affiches voor PhiliSave, winterhulp en de NSB
Bij de verduisteringsoefeningen, op 21 Februari 1939 te Eindhoven gehouden, bleek de huis-verlichting met de „Protector" lampen dan ook het beste te voldoen en de conclusie in het officiële rapport luidde: De „Protector" lampen hebben bij deze proefneming als verlichting binnenshuis, zowel in fabrieken als in particuliere woningen, voldaan.
Lees verhaal over de burgervoorbereidingen op de oorlog in 1939
Personen op de foto vlnr: Cor Gehrels, Iman Jacob van den Bosch en Ir. Th.Ph. (Theo) Tromp. Achtergrond PAN - 50 jaar Philips-oranje protest
Een belangrijke rol is de financiering van het verzet geweest met veel inzet vanuit Philips. Allerlei zend- en radiomateriaal, onderdelen en complete zenders kwamen tot stand door Philipsmensen die in het gehele land werden ingezet. Ook het verzamelen en versturen van militaire en economische informatie naar Engeland. Vitale oorlogsproductie werd gesaboteerd. Hiernaast is de arbeidsinzet tegengewerkt en zijn vele onderduikers geholpen. Ook zijn allerlei mensen actief in plaatselijke en landelijke verzetsgroepen en de pilotenhulp. De eerste verzetsmensen, in die periode aangeduid als "illegale werkers" werden al in 1941 opgepakt. Gelukkig zijn daarna veel dapper doorgegaan, waar bij tientallen hun leven verloren. Veel verzetsmensen hebben de oorlog overleefd en de meeste hebben dat gewoon als hun plicht gezien. Verhalen over alle heldendaden, waar later niet meer over werd gesproken, zijn niet eenvoudig te achterhalen. We doen een poging, zie hieronder de links naar diverse verhalen.
Philips mensen zijn actief bij de O.D. (OrdeDienst), Het N.C. (Nationaal Comité), R.V.V. (Raad Van Verzet), P.B (Persoonsbewijzenclub), L.O. (Landelijke Duikorganisatie), falsificatiecentrales, N.S.F. (Nationaal Steunfonds), K.P. (Knokploegen), G.D.N. (Geheime Dienst Nederland), Groep Albrecht, Groep Harry, Groep Wim, Groep Fiat Libertas enz. enz. aldus de Philips Koerier sept. 1954)
De officiële biografie "Onder Duits beheer" schrijft: "In de verhouding tot het personeel heeft de Nederlandse directie gedurende de oorlogsjaren haar verantwoordelijkheid als werkgever niet uit het oog verloren. Zij zorgde voor het instandhouden van werkgelegenheid en voorzag waar nodig en mogelijk in materiële en morele hulp. Met de tot haar beschikking staande middelen verzette zij zich tegen de Arbeitseinsatz. Evenzeer spande zij zich in om haar joodse werknemers en tal van andere buiten de onderneming staande joden het leven te redden. Bovendien stond zij toe dat zeer vele onderduikers in het bedrijf werden opgenomen en verschafte zij aan illegaal werkers de gevraagde dekmantel. Dit alles was mogelijk op basis van een gedurende de bezetting nog versterkt gevoel van saamhorigheid dat voortkwam uit een in voorgaande jaren gegroeide hechte ondernemingscultuur."
Feik Fast 1940 -1945 (5 delen)
Piet Bouma 17 sept - mei 1945
Vrije Philips Koerier 25 mei 1946, p 2.
Aan oud-illegale werkers in Eindhoven
Het is mij bekend, dat door oud-illegale werkers te Eindhoven ca. 48 Philetta Ontvangtoestellen, 2 Ontvangtoestellen in luxe uitvoering benevens enkele zenders en zenderonderdelen zijn getransporteerd en bezorgd bij hun vrienden in het verzet in en buiten Eindhoven, zelfs in Zeeland en Limburg, teneinde op deze wijze contact te kunnen houden met Engeland ter verkrijging van code-berichten e.d.
Uitdrukkelijk werd echter overeengekomen, dat deze toestellen na de bevrijding weer bij den rechtmatige eigenaar, d.i. de N.V. Philips, terug zouden komen, zoals dit ook behoort. Bij Philips is van deze, destijds alleszins gerechtvaardigde krakerij, weinig of niets bekend.
Ik meen, dat eenieder, die zo'n toestel in gebruik heeft, zich dient te melden, waarbij hij of het toestel terugbrengt òf het tegen een rechtmatige vergoeding kan behouden; hiertoe is de N.V. Philips, zoals mij persoonlijk werd verzekerd, gaarne bereid.
Aanmelding kan geschieden bij den Heer O. Rinzema, Venstraat 77, te Eindhoven, die toegezegd heeft de zorg en regeling voor een en ander op zich te nemen. [Anne Rinzema was een belangrijke verzetsman]
Werkt allen mede, en toont U een even rechtgeaard Nederlander als in den ondergrondschen tijd. Dat is ook nu Uw plicht. - Paulus, tel. Philipstoestel 5054.